Onderzoek
AanÂleiÂding van deze opgraÂving was het plan van proÂjectÂontÂwikÂkeÂlaar NijÂhuis te Utrecht om zeven apparÂteÂmenÂten en een poortÂwoÂning te bouÂwen op een terÂrein aan de oostÂzijÂde van de KeiÂzerÂstraat te GorinÂchem, op numÂmer 2A. De locaÂtie bevindt zich in het oude cenÂtrum van GorinÂchem. TijÂdens de sloop van de bestaanÂde bebouÂwing werÂden muurÂresÂten aanÂgeÂtrofÂfen. Deze resÂten behoÂren tot de laatÂmidÂdelÂeeuwÂse stadsÂmuur van Gorinchem.
Omdat meer resÂten van deze stadsÂmuur en mogeÂlijk ook andeÂre waarÂdeÂvolÂle archeÂoÂloÂgiÂsche resÂten werÂden verÂwacht, werd door ADC-ArcheÂoÂproÂjecÂten een beperkÂte opgraÂving uitÂgeÂvoerd voorÂafÂgaand aan de nieuwÂbouw. Het doel van dit onderÂzoek was de archeÂoÂloÂgiÂsche resÂten in kaart te brenÂgen zodat verÂdeÂre schaÂde aan deze stadsÂmuur, die zou kunÂnen ontÂstaan door de funÂdeÂring van de nieuwÂbouw kon worÂden beperkt.
In januÂaÂri 1997 werd aan dezelfÂde kant van de KeiÂzerÂstraat al eerÂder een resÂtant van de laatÂmidÂdelÂeeuwÂse stadsÂmuur aanÂgeÂtrofÂfen. Bij deze waarÂneÂming kwam een groot bouwÂfragÂment van een boog en de gemetÂselÂde onderÂkant van de stadsÂmuur te voorÂschijn, die het oosÂteÂlijk deel van de stad aan de oostoeÂver van de LinÂge omgaf. Het is mogeÂlijk dat de muur in of direct na 1382 is gebouwd, dit is het jaar waarÂin GorinÂchem stadsÂrechÂten kreeg, omstreeks 1580 werd de muur gesloopt.
Fasering
TijÂdens de opgraÂving in 2004 zijn aan de oostÂzijÂde van de KeiÂzerÂstraat spoÂren van bebouÂwing uit diverÂse periÂoÂden aanÂgeÂtrofÂfen. In feiÂte zijn er vier verÂschilÂlenÂde fasen te herÂkenÂnen in de spoÂren die tijÂdens het onderÂzoek aan het licht kwaÂmen. De eerÂste en vroegÂste fase bestaat uit de spoÂren 27 en 28, twee rijÂtjes bakÂsteÂnen langs de boogÂconÂstrucÂties (spoor 9 en 10). De gele morÂtel tusÂsen deze bakÂsteÂnen valt niet te dateÂren omdat deze te verÂvuild is. De zachÂte strucÂtuur doet echÂter verÂmoeÂden dat deze morÂtel ouder is dan de morÂtel die is gebruikt bij de stadsÂmuur en boogÂconÂstrucÂties. MogeÂlijk gaat het hier om een eerÂdeÂre stadsmuur.
De tweeÂde daarÂopÂvolÂgenÂde fase bestaat uit de bouw en afbraak van de stadsÂmuur, die is te dateÂren tusÂsen cirÂca 1350 en uiterÂlijk 1600 toen deze gesloopt werd. De beginÂdaÂteÂring, afkomÂstig uit hisÂtoÂriÂsche bronÂnen, kon niet worÂden bevesÂtigd door de archeÂoÂloÂgiÂsche gegeÂvens. De eindÂdaÂteÂring is bepaald aan de hand van het aarÂdeÂwerk dat in de vulÂlinÂgen tusÂsen de voorÂmaÂliÂge weerÂgangÂboÂgen is aangetroffen.
De conÂserÂveÂringsÂtoeÂstand van de muur en bogen is goed op het meest noorÂdeÂlijÂke deel na, waar bij de meest recenÂte sloop een groot deel van één van de funÂdeÂrinÂgen van de weerÂgangÂboog is verÂdweÂnen. De stadsÂmuur dienÂde als verÂdeÂdiÂgingsÂwerk, de aanÂweÂzigÂheid van schietÂgaÂten in de muur en weerÂgangÂboÂgen tegen de muur aan de stadsÂzijÂde zijn daar getuiÂgen van. De diepÂte van deze strucÂtuÂren viel helaas niet te achÂterÂhaÂlen in verÂband met de veiÂligÂheid en het grond/hangwater.
VerÂmoeÂdeÂlijk is in eerÂste instanÂtie de muur gebouwd, verÂvolÂgens zijn er weerÂgangÂboÂgen koud tegen aanÂgeÂzet. De gebruikÂte steÂnen zijn min of meer eenÂvorÂmig, hetÂgeen er op wijst dat ze in één keer speÂciÂaal voor de muur zijn gebakÂken. In dit kader is de steenÂbakÂkeÂrij op het WijdÂschild in het oosÂten van de stad uit de 15de eeuw het verÂmelÂden waard. Indien de bakÂsteÂnen uit deze steenÂbakÂkeÂrij komen, of uit een voorÂganÂger hierÂvan, lag deze niet ver van de bouwÂplaats van de stadsmuur.
Verzakking
De muur die ongeÂveer evenÂwijÂdig aan de KeiÂzerÂstraat, in noord zuid richÂting loopt, is over een afstand van ongeÂveer 16 meter blootÂgeÂlegd en heeft een breedÂte van miniÂmaal 60 cm. De muur is niet overÂal even dik, aan de oost- of buiÂtenÂkant is deze op veel plaatÂsen gehaÂvend. De muur heeft een naar het oosÂten geboÂgen verÂloop. Het lijkt waarÂschijnÂlijk dat de muur in de richÂting van het noorÂden aanÂsluiÂting heeft gehad met een toren, die op afbeelÂdinÂgen staat uit de tijd waarÂin de muur nog in funcÂtie was. Het lijkt er erg sterk op dat de muur en weerÂgangÂboÂgen inteÂgraal zijn verÂzakt in de richÂting van het wesÂten. Dit valt te verÂklaÂren door de natuurÂlijÂke onderÂgrond waarÂop deze zijn gebouwd. Het is zelfs denkÂbaar dat de zwaÂre toren die iets ten noorÂden (waarÂschijnÂlijk op KeiÂzerÂstraat numÂmer 4) heeft gestaan, is gaan verÂzakÂken en het geheel van muur en bogen heeft meeÂgeÂtrokÂken. Het scheef staan van de muur zou nog verÂoorÂzaakt kunÂnen zijn door het omtrekÂken van de muur tijÂdens de sloop. HierÂbij zou je echÂter meer scheuÂren in het muurÂwerk verÂwachÂten en zou je verÂwachÂten dat de muur naar de buiÂtenÂzijÂde, richÂting gracht, omgeÂtrokÂken zou zijn. Deze laatÂste optie lijkt daarÂom minÂder waarschijnlijk.
Hergebruikte stenen
De stadsÂmuur is op een gegeÂven moment net als de bovenÂkant van de bogen afgeÂbroÂken en de steÂnen die vrij kwaÂmen zijn waarÂschijnÂlijk bij de stadsÂuitÂbreiÂding rond 1600 elders herÂgeÂbruikt (in het basÂtiÂon gedeelÂte van de stad?). TijÂdens deze fase zijn de bogen waarÂschijnÂlijk vrij vlot opgeÂvuld bij het ophoÂgen en uitÂbreiÂden van de stad rond 1600. De ophoÂging bestaat uit klei en afval bestaanÂde uit onder andeÂre leer, bot, morÂtel en aarÂdeÂwerk. De laag morÂtel die in verÂschilÂlenÂde weerÂgangÂboÂgen is aanÂgeÂtrofÂfen, dateert waarÂschijnÂlijk uit de periÂoÂde van de sloop van die bogen. De morÂtel is verÂmoeÂdeÂlijk het resÂtant van het schoonÂmaÂken van de steÂnen van deze bogen voor herÂgeÂbruik. Het lijkt erop dat dit deel van de stad in één keer ongeÂveer 2,9 meter is opgeÂhoogd tot vrijÂwel het huiÂdiÂge stadsniveau.
Gracht
De oude stadsÂgracht is niet aanÂgeÂtrofÂfen. Wel is duiÂdeÂlijk dat het gebied waar deze heeft geloÂpen in verÂschilÂlenÂde periÂoÂden is gedempt. Er zijn twee palen op groÂte diepÂte aanÂgeÂtrofÂfen aan de oostÂkant van put 2. Het is mogeÂlijk dat het hier om aanÂmeerÂpaÂlen gaat die deel hebÂben uitÂgeÂmaakt van de lateÂre KalkÂhaÂven. De KalkÂhaÂven is tijÂdens de derÂde fase aanÂgeÂlegd. De vierÂde en laatÂste fase bestaat uit muurÂwerk dat is geleÂgen op de vulÂlinÂgen van de verÂmoeÂdeÂlijÂke KalkÂhaÂven. Dit muurÂwerk is waarÂschijnÂlijk niet eerÂder dan in de tweeÂde helft van de 18de eeuw gebouwd. Op het terÂrein is slechts spraÂke van twee echÂte niveaus met grondÂspoÂren. Ten eerÂste het niveau van de stadsÂmuur met het verÂmoeÂdeÂlijÂke loopÂniÂveau tusÂsen de weerÂgangÂboÂgen en ten tweeÂde het niveau waarÂop in late 18de eeuw is gebouwd. De vondÂsten staan niet toe om gefunÂdeerÂde uitÂspraÂken te doen omtrent de welÂstand en leefÂomÂstanÂdigÂheÂden van de gebruikers/bewoners van het terÂrein in het verleden.
Historie
De stichÂting van GorinÂchem als gehucht zal waarÂschijnÂlijk omstreeks het jaar 1000 hebÂben plaats gevonÂden. Rond het jaar 1000 werÂden de eerÂste ontÂginÂninÂgen in deze streek gestart (HorstÂhuis 1997, p.5). De vroegÂste verÂmelÂding van GorinÂchem stamt uit 1224, toen was GorinÂchem echÂter al een steÂdeÂlijÂke nederzetting.
De eerÂste verÂdeÂdiÂgingsÂwerÂken van deze nederÂzetÂting zulÂlen waarÂschijnÂlijk slechts hebÂben bestaan uit een aarÂden wal, die was opgeÂbouwd uit de grond die was vrijÂgeÂkoÂmen bij het graÂven van een gracht. De omwalÂling van de nederÂzetÂting zal in de loop der tijd zijn verÂsterkt met planÂken en er zulÂlen houÂten poorÂten zijn aanÂgeÂbracht. Het gebied binÂnen de walÂlen zal zo’n 17,5 ha hebÂben omvat. GorinÂchem kreeg pas stadsÂrechÂten toen het was uitÂgeÂgroeid tot een streekÂcenÂtrum en onder de Heren van Arkel een bloeiÂpeÂriÂoÂde doorÂmaakÂte als levenÂdiÂge autoÂnoÂme hanÂdelsÂplaats. Deze rechÂten werÂden verÂleend in het jaar 1382 (HorstÂhuis 1997, p.5). De stadsÂwalÂlen werÂden al in 1350 verÂvanÂgen door een veel sterÂkeÂre steÂnen ommuÂring. Op de kaart van Jacob van DevenÂter, die bekend staat als betrouwÂbaar en stamt uit omstreeks 1558. is te zien hoe de muur er uit heeft gezien. Deze 2 km lanÂge muur zal niet wezenÂlijk zijn verÂanÂderd sinds 1400. BinÂnen de ommuÂring lag een gebied van 27 ha. Het oosÂteÂlijÂke deel van de muur die de KeiÂzerÂstraat en de KalkÂhaÂven volgÂde, is hier het meest inteÂresÂsant, omdat deze op het onderÂzoeksÂgeÂbied heeft gestaan (HorstÂhuis 1997, p.6).
Waltorens
De stadsÂmuur was omstreeks 1400 uitÂgeÂrust met achtÂtien walÂtoÂrens en zeven poorÂten. Al deze bouwÂwerÂken waren waarÂschijnÂlijk opgeÂtrokÂken uit bakÂsteen. De ronÂde of vierÂkanÂte torens staÂken uit de muur om de flanÂken te kunÂnen overÂzien en verÂdeÂdiÂgen. Omdat aan de oostÂkant van de stad de ArkelÂse burcht stond, waren er in dat deel minÂder torens dan in het wesÂten nodig voor de stadsÂverÂdeÂdiÂging. Toen dit kasÂteel was verÂdweÂnen, werd er aan het begin van de 16de eeuw langs de oost muur een tweeÂde gracht gegraÂven (HorstÂhuis 1997, p.8). De torens hadÂden ook niet-defenÂsieÂve funcÂties. VerÂschilÂlenÂde verÂtrekÂken van de walÂtoÂrens werÂden verÂhuurd aan inwoÂners van de stad, somÂmiÂge torens werÂden gebruikt als gevanÂgeÂnis of als opslag voor geschut, zoals de ScutÂtoÂren (HorstÂhuis 1997, p.10).

Detail stadsÂplatÂteÂgrond, Jacob van DevenÂter (1558), NatiÂoÂnaal Archief , inv​.nr. 1.4−5
De stadsÂmuur was ongeÂveer 8 meter hoog en voor een deel 5,4 meter dik. De gedeelÂten die minÂder breed waren, hadÂden steunÂbeÂren die door midÂdel van bakÂsteÂnen bogen aan elkaar werÂden verÂbonÂden. Op deze bogen was een weerÂgang gemaakt voor de verÂdeÂdiÂgers van de stad. Deze weerÂgang bevond zich achÂter de stadsÂmuur die boven de bogen uit kwam en was uitÂgeÂrust met kanÂteÂlen en daarÂtusÂsen met luiÂken afsluitÂbaÂre schietsleuven.
Bastion stelsel
De muur bood volÂdoenÂde weerÂstand tegen de wapens die rond 1400 beschikÂbaar waren HorstÂhuis 1997, p.8 en JanÂse & Van StraÂlen 2000 p.18, gaan uit van 1 meter dikÂke muren met steunÂbeÂren en bogen aan stadsÂzijÂde.) HierÂin kwam echÂter verÂanÂdeÂring aan het einÂde van de 15de eeuw toen vuurÂwaÂpens zo ver ontÂwikÂkeld waren, dat ze traÂdiÂtiÂoÂneÂle wapens overÂtrofÂfen. Het was mogeÂlijk geworÂden om de bestaanÂde stadsÂmuÂren moeiÂteÂloos met ijzeÂren kogels te verÂbrijÂzeÂlen. VerÂdeÂdiÂgingsÂwerÂken dienÂden te worÂden aanÂgeÂpast aan de verÂnieÂtiÂgingsÂkracht van het kanon. De ItaÂliÂaÂnen namen hierÂbij het voorÂtouw. Zij verÂlaagÂden de muren en muurÂtoÂrens waarÂdoor de staÂbiÂliÂteit werd verÂhoogd en hun posiÂtie als doelÂwit van de vijÂand werd verÂkleind. Tegen de verÂlaagÂde muur werd aarÂde opgeÂworÂpen om de kracht van inkoÂmenÂde kanonsÂkoÂgels te breÂken. BalÂlisÂtiÂsche bereÂkeÂninÂgen stonÂden aan de basis van het door de ItaÂliÂaÂnen ontÂwikÂkelÂde vijfÂhoeÂkiÂge basÂtiÂon (HorstÂhuis 1997, p.11). Dit ItaÂliÂaanÂse ‘gebasÂtiÂoÂneerÂde stelÂsel’ werd ook naar het buiÂtenÂland verÂspreid. In 1584 begon men ook in GorinÂchem met de aanÂleg van vesÂtingÂwerÂken (HorstÂhuis 1997, p.12). Rond 1600 was GorinÂchem aan de nieuÂwe miliÂtaiÂre eisen aanÂgeÂpast en was het stadsÂgeÂbied verÂdubÂbeld tot 56 ha.
Op een graÂvuÂre van NicoÂlaas WijdtÂmans uit omstreeks 1600 zijn de volÂtooiÂde vesÂtingÂwerÂken te van GorinÂchem te zien. Op deze platÂteÂgrond is van de oude oosÂteÂlijÂke stadsÂmuur echÂter niets meer over. Het gedeelÂte dat bij de opgraÂvinÂgen aan het licht is gekoÂmen lag, toen dus al onder het stadsniveau.
Foto’s
Literatuur
![]() |
Floore, P.M. (1998) Archeologisch onderzoek van de laat-middeleeuwse stadsmuur aan de Keizerstraat te Gorinchem, Rotterdam. Flipbook | PDF (7 MB) |
![]() |
Hollestelle, J. (1961) De steenbakkerij in de Nederlanden tot omstreeks 1560, Assen. WorldCat |
![]() |
Hoogendijk, T. (2018) Opgravingen naar de laatmiddeleeuwse stadsmuur, in: F. Cerutti, R. Mulder, B. Stamkot & A. de Vries (red.), Tien eeuwen Gorinchem. Geschiedenis van een Hollandse stad, Utrecht, p. 122-123. WorldCat |
![]() |
Horsthuis, A. (1997) Wallen en poorten. Geschiedenis van de Gorinchemse vestingwerken, Gorcumse Monumentenreeks 5, Gorinchem. WorldCat | Flipbook | PDF (5 MB) |
![]() |
Janse, H. & Th. van Straalen (2000) Middeleeuwse stadswallen en stadspoorten in de Lage Landen, Zaltbommel. WorldCat |
![]() |
Genabeek, R.J.M., et al. (2004) Gorinchem Krijtstraat. Definitief archeologisch onderzoek, BAAC rapport 02.060, 's-Hertogenbosch. Flipbook | PDF (47 MB) |
![]() |
Smole, L. (2005) Gorinchem: Keizerstraat, in: Archeologische Kroniek Zuid-Holland 2004, Regionaal-historisch tijdschrift Holland 37, p. 90. Flipbook | PDF (1 MB) |
![]() |
Smole, L. & J. Dijkstra (2005) Een opgraving aan de Keizerstraat 2a te Gorinchem, ADC ArcheoProjecten rapport 349, Amersfoort. Flipbook | PDF (3 MB) |
Metadata
Administratieve gegevens | |
---|---|
Archisnummer(s): | 7361 (onderzoeksmelding), 5296 (onderzoek) |
Topografische Kaart: | 38G |
Coördinaten: | 126.837/426.918 (centrum) |
Toponiem: | Keizerstraat 2a |
Plaats: | Gorinchem |
Gemeente: | Gorinchem |
Provincie: | Zuid-Holland |
Type onderzoek: | Archeologisch: opgraving |
Uitvoerder: | ADC Archeoprojecten, Amersfoort |
Projectleider: | Drs. J. Dijkstra |
Opdrachtgever: | Nijhuis Bouw B.V. Utrecht |
Bevoegd gezag: | Gemeente Gorinchem |
Aanvang onderzoek: | 13-09-2004 |
Vondsten & documentatie: | Gemeentelijk depot voor archeologie Gorinchem |
DANS: | urn:nbn:nl:ui:13-opk-svg |