GORINCHEM – De archeologische werkgroep van Gorinchem stootte maandag al op een stukje muur, maar de dagen erna kwamen er veel meer fundamenten boven. Onder het toezicht oog van Ranjith Jayasena, die is belast met de coördinatie van de werkzaamheden op het Kazerneplein, kwamen ook gisteren weer nieuwe stukken boven.
“Met nog een kleine slag om de arm durf ik te zeggen dat we op Huis Paffenrode zijn gestuit. Alle sporen wijzen erop dat dit zeer waarschijnlijk is.” De 21-jarige Ranjith studeert archeologie aan de Universiteit van Amsterdam. Het archeologisch onderzoek in Gorinchem is zijn eerste kennismaking met de stad, maar het werk is voor hem absoluut niet nieuw. In zijn woonplaats Amersfoort was hij al diverse malen betrokken bij soortelijke opgravingen. De derdejaars student heeft de Middeleeuwen als specialisatie gekozen.
Door de gevonden fundamenten gelijk in kaart te brengen, ontstaat er op papier al een voorzichtige indeling van het zestiende eeuwse huis. “We vinden overigens niet uitsluitend muurtjes. We stuiten ook op zogeheten puinsleuven, waar je kunt zien dat er vroeger iets gestaan moet hebben. In die tijd werden stenen als een gebouw werd gesloopt vaak hergebruikt, omdat stenen kostbaar waren”, legt hij uit.
“Zo zijn we gestuit op fundamenten die met oude, reeds gebruikte stenen zijn gebouwd. De stenen die we aantreffen variëren ook in grootte. De uit de veertiende a vijftiende eeuw stammende stenen zijn voor onze begrippen vrij groot met de afmeting 30 bij 15 bij 7 centimeter”, aldus Ranjith.
De Dordtenaar
15 augustus 1997
door Anja Broeken