Glazen met geschiedenis

GORIN­CHEM – In de eta­lage van de Gale­rie Joke van Lies­hout staat op het moment een rij­tje gla­zen, die afkom­stig zijn uit de opgra­vin­gen op het Kazer­ne­plein. Eigen­lijk min of meer ter opvul­ling van de lege eta­lage, want de gale­rie is mid­den in een ver­bou­wing. Maar het is de moeite waard om eens wat die­per te dui­ken in de geschie­de­nis van die gla­zen, want die ver­tel­len over enkele eeu­wen Gor­cums verleden.

Etalage Galerie Joke van Lieshout met glas uit het Kazerneplein

Eta­lage Gale­rie Joke van Lies­hout met glas uit het Kazerneplein

Stads­ar­che­o­loog Mar­tin Veen wijst de gla­zen aan. “Kijk, dit glas hier uiterst rechts is een kelk­glas. Dat is zo’n beetje het jong­ste glas wat hier staat, het stamt uit onge­veer 1700. De rest is alle­maal ouder. In het mid­den staat een ber­ken­meier, die naam komt waar­schijn­lijk van zijn hou­ten voor­gan­ger, een drink­be­ker die gemaakt was uit ber­ken­hout. Er naast staat een roe­mer, een van de meer beken­dere soor­ten gla­zen. De vorm van dit glas is afge­leid van de ber­ken­meier. Je ziet dat ze alle­bei nop­pen heb­ben, dat was niet alleen voor de sier, maar ook voor een goede greep. In de zeven­tiende eeuw lag er name­lijk nog geen vork op tafel, ze gebruik­ten toen voor­na­me­lijk hun han­den om mee te eten. En die wer­den natuur­lijk behoor­lijk vet. De nop­pen voor­kwa­men dat het glas uit je hand glib­berde. Rechts van de ber­ken­meier staat een bier­glas uit die tijd. En dit glas hier uiterst links ten­slotte is een zoge­naamde knob­bel­be­ker. Dat die van blauw glas is, is bij­zon­der, want blauw glas ws toen­ter­tijd erg duur. Er zit name­lijk kobalt in ver­werkt, en dat was een duur ingrediënt.”

Beerput

De gla­zen zijn alle­maal afkom­stig van de opgra­ving op het Kazer­ne­plein, die alweer in 1997 plaats­vond. De Gor­cumse arche­o­lo­gen gre­pen hun kans toen het plein werd open­ge­gooid voor de nieuw­bouw. Ze wis­ten uit archie­ven al dat er een huis had gestaan waar ver­schil­lende rijke fami­lies in had­den gewoond en ze hoop­ten bij de opgra­vin­gen de fun­da­men­ten van dat huis bloot te kun­nen leg­gen. Tot hun ver­ras­sing stoot­ten ze ook op een beer­put, zeg maar de afval­hoop van die tijd. Een gou­den vondst voor arche­o­lo­gen, want in zo’n beer­put lig­gen vaak hele ber­gen gebruiks­voor­wer­pen. En ook in Gorin­chem kwam er een schat aan vond­sten uit de grond te voor­schijn. Tal­loze voor­wer­pen als kno­pen, kra­len, mini­a­tuur­voor­werp­jes die mis­schien uit een pop­pen­huis kwa­men en nog veel meer. En dus ook tal­loze glas­scher­ven. Veen : “We zijn heel voor­zich­tig te werk gegaan met die glas­scher­ven, heb­ben alle grond zorg­vul­dig gezeefd. Zo heb­ben we elk splin­ter­tje glas uit de grond gehaald. We had­den een grote hoop, die in krat­ten is ver­pakt tot het uit­zoek­werk kon beginnen.”

Heidens karwei

Het heeft twee jaar geduurd voor­dat er een goed inzicht was in de vond­sten van het Kazer­ne­plein. De res­tau­ra­tie van de gla­zen was een hei­dens kar­wei : “Een soort drie­di­men­si­o­nale leg­puz­zel”, legt Veen uit. Al die stuk­jes moesten gesor­teerd wor­den en daarna moest dan weer geke­ken hoe de gla­zen in elkaar zaten. Zo’n blauwe beker als in de eta­lage van de gale­rie was niet zo moei­lijk in elkaar te puz­ze­len, er zaten maar een paar stuk­jes blauw glas tus­sen. Maar de witte gla­zen waren een omvang­rijke klus.”

Glasspecialist Martin van der Vliet

Glas­spe­ci­a­list Mar­tin van der Vliet

Lijm

Alle gla­zen zijn door mid­del van een injec­tie­naald met een soort lijm in elkaar gezet, die heel gemak­ke­lijk weer te ver­wij­de­ren is. Dit is bedoeld voor even­tu­ele latere res­tau­ra­ties, bij­voor­beeld bij ver­kleu­rin­gen. “Het hele glas kan dan uit elkaar gehaald wor­den en je kunt je voor­stel­len dat dat met per­ma­nente lijm niet zo gemak­ke­lijk zal gaan”, ver­telt Veen

In het Gor­cums Museum zijn meer vond­sten van het Kazer­ne­plein te zien. Ook staat daar glas in de vitri­nes, en daar­naast ook andere gebruiks­voor­wer­pen die er gevon­den zijn. In het museum valt meer te lezen over de fami­lies die in de zeven­tiende eeuw op het Kazer­ne­plein woon­den, maar voor echt uit­ge­breide infor­ma­tie is het inter­net een goed medium : op www​.arche​o​lo​gie​.myweb​.nl is alles te lezen over de vroe­gere bewo­ners. Ook de Werk­groep Arche­o­lo­gie kan er meer over ver­tel­len, zij zijn te berei­ken via het stad­huis, Wie­teke van Hul­ten, tele­foon 0183 – 659316.

Anne­miek de Groot
7 augus­tus 2001
De Stad Gorinchem

Reacties zijn gesloten.