GORINCHEM – Vlak bij molen De Hoop zijn tussen de Dalemsedijk en de Merwede in Gorinchem restanten van de burcht van de Heren van Arkel gevonden. In 1977 werden al eerder resten van de burcht aangetroffen aan de andere zijde van de dijk. Tot nu toe werd altijd aangenomen dat de Heren van Arkel een klein kasteel hadden. De nieuwe vondst toont aan dat het kasteel veel groter is dan altijd was aangenomen.
De restanten van het slot zijn ontdekt tijdens de afgravingen die het polderdistrict Tieler- en Culemborgerwaarden bij de dijk laat uitvoeren. Een muntenzoeker, Ton Wijkamp uit Gorinchem was met een metaaldetector naar munten aan het zoeken toen hij plotseling op restanten van muren stuitte. “Ik begreep meteen dat die muren van het kasteel moesten zijn”, aldus Wijkamp. De ‘schatgraver’ belde vervolgens met Martin Veen, een amateurarcheoloog die eerder betrokken was bij de opgravingen aan de andere kant van de dijk. “Deze ontdekkingen werpen een nieuw licht op het kasteel”, zegt Veen.
Kaarten
“We kunnen nu meer inzicht krijgen in hoe het kasteel er heeft uitgezien. Dat weet niemand omdat er geen kaarten meer van zijn. Overigens kan het nog wel even duren voor we dat weten. We moeten eerst alle vondsten op een rijtje zetten.” Inmiddels is Veen, samen met stadsarcheoloog Pieter Floore bezig de restanten van de muren in kaart te brengen. Verder wordt driftig gezocht naar restanten van aardewerk en dergelijke. Het polderdistrict heeft hiervoor een grafmachine beschikbaar gesteld.
Het slot is waarschijnlijk gebouwd tussen 1267 en 1290 door de familie van Arkel die destijds ook de baas was over Gorinchem. In 1412 werd het weer afgebroken op bevel van Willem van Beieren, de toenmalige graaf van Holland. Dit gebeurde na de Arkelse Oorlog. Deze strijd werd in eerste instantie gevoerd tussen de heer van het slot, Jan van Arkel, en zijn zoon Willem van Arkel, die de burgers van Gorinchem had beloofd de stad te zullen verdedigen tegen zijn vader.
Oorlog
De daarop volgende oorlog liep voor beiden slecht af, temeer daar de machtige graaf van Holland, Willem van Beieren, tijdens de tweespalt een poging deed om het gebied van de Heren van Arkel bij Holland in te lijven. Om het hoofd boven water te houden moesten beide kemphanen de hertog Reinald van Gelre vragen hun leenheer te worden. De lachende derde was echter graaf Willem. Deze had inmiddels een goede verstandhouding opgebouwd met de hertog die in 1409 de Heren van Arkel dwong om hun gebied, inclusief het kasteel, aan Willem te verkopen. Het Land van Arkel was vanaf dat moment voorgoed ingelijfd bij het Graafschap Holland.
In 1412 liet Willem het kasteel afbreken. De reden hiervoor is tot op de dag van vandaag onduidelijk.
Willem vernietigde hierdoor een hoop kennis voor het nageslacht. De komende tijd zal er wellicht meer duidelijkheid komen over deze turbulente periode in de geschiedenis van de Arkelstad.
door Arjan de Heer
26 augustus 1996
De Dordtenaar