GORINCHEM – De graafwerkzaamheden op het Kazerneplein vinden gestaag voortgang en hebben de afgelopen tijd menig voorbijganger doen stilstaan. Naast het graven en verplaatsen van enorme bergen aarde was er nog iets dat de aandacht trok : de man met de metaaldetector, die minutieus de grond afspeurde naar allerlei oude resten.
Patrick Mackenbach (24) is amateurarcheoloog en heeft bij gratie toestemming om op het terrein te zoeken (onbevoegden lopen de kans op een flinke boete als ze het terrein betreden). Hij zoekt voornamelijk naar gebruiksvoorwerpen : lepels, messen, knopen, gespen, vingerhoeden. Hij heeft zelfs kolfsloffen (zegt de naam ‘kolfbaan’ iets?) gevonden. Dat zijn een soort golfstokken uit de 17e eeuw. Afgelopen woensdag waren de vroede wroeters op een vroegere sloot gestuit. Mackenbach : “Dat zijn interessante plekken voor mij, daar ligt veel afval in. De mensen gooiden hun rotzooi in de sloot. Aan de hand van wat ik vind zie ik hoe oud de laag is en welke periode er begraven ligt. Hier liggen bijvoorbeeld van die witte pijpenkopjes in, die zijn rond 1610 hier gekomen, dus het afval hier in de sloot is van kort daarna.” Toch liggen er op, of eigenlijk onder, het Kazerneplein nog veel oudere dingen : “Dit hier is een tinnen gordelsluiting van ca. 1575. Ik heb ook speerpunten van rond 1450 gevonden en een paar Romeinse munten. Ik denk dat er in de diepere lagen nog veel meer interessante voorwerpen begraven liggen. Maar ja, het is maar de vraag of ik het er allemaal eruit zal kunnen halen. Straks gaan ze met een meter tegelijk de grond weghalen en dan zal er wel heel wat verloren gaan ; heel erg jammer.”
Patrick is lid van de AWN, een overkoepelende organisatie op het gebied van de amateur-archeologie. Alle vondsten meldt hij keurig aan, hij maakt er foto’s en beschrijvingen van. Patrick is al vanaf zijn twaalfde bezig met dit soort bodemonderzoek : “Het begon met het zoeken naar munitie en patroonhulzen. Toen vond ik wat munten en ben ik lid geworden. Zo raak je steeds meer geïnteresseerd in de oudheid. ’t Is een ziekte, echt een verslaving : ik droom er ’s nachts van.”
Volgende week wordt het stil op het Kazerneplein. De werkzaamheden worden gestopt tot er in april begonnen gaat worden met de bouw van de parkeergarage. Dan wordt er met grof geweld de bodem afgegraven tot zeven meter diepte. Mackenbach : “Ik hoop dat ik er zeker weer bij mag zijn, maar dan nog zal ik met dat tempo van graven in mijn eentje hooguit een tiende van wat er in de grond zit eruit kunnen halen. Maar ik ben ook zeker van plan op de stort waar de grond naar toe gaat te gaan zoeken. Ja, ik kan het niet laten.”
9 november 1997
Gorcumse Courant