Onderzoek
In mei 2004 werd een proefÂsleuÂvenÂonÂderÂzoek uitÂgeÂvoerd aan de VisÂsersÂdijk te GorinÂchem. Op de locaÂtie werd de zool van een midÂdelÂeeuwse dijk en een deel van een laatÂmidÂdelÂeeuwse gracht verÂwacht. Haaks op de VisÂsersÂdijk is een proefÂsleuf van circa 2 meter breed en 2 m lang aangelegd.
TijÂdens het veldÂwerk werd verÂmoed dat de geconÂstaÂteerde natte, onstaÂbiele en vondÂstrijke bodemÂopÂbouw kon worÂden verÂklaard doorÂdat in de vulÂling van een gracht gewerkt werd. Dit bleek tijÂdens de uitÂwerÂking niet erg waarÂschijnÂlijk te zijn. Op de kadasÂtrale minuut is goed te zien dat de proefÂsleuf een deel van de bleekÂvelÂden van de stad heeft doorsneden.
Stadsafval
De afvalÂlaÂgen zijn zeer waarÂschijnÂlijk ontÂstaan doorÂdat vanaf de 16de eeuw het terÂrein is gebruikt voor het dumÂpen van stadsÂafÂval (dateÂring vondÂsten laat 16e-18e eeuw). De gelaagde, relaÂtief schone grijze klei die aan de westÂzijde van het proÂfiel te zien is zou dan heel goed het resÂtant kunÂnen zijn van de VisÂsersÂdijk, waarÂvanÂdaan het afval werd gestort. TusÂsen de vondÂsten bevond zich een groot zeldÂzaam lakenÂzeÂgel (GorÂcums dubÂbel staal) met het stadsÂwaÂpen van GorinÂchem (1612). Ook werÂden resÂten van een potÂtenÂbakÂkersÂoven gevonden.
Ofschoon op de kaart van Blaeu (ca 1650) blijkt dat rond het midÂden van de 17de eeuw woninÂgen op het terÂrein stonÂden die op andere stadsÂkaarÂten niet aanÂgeÂgeÂven zijn, is hierÂvan in de proefÂsleuf niets terugÂgeÂvonÂden. In de uitÂwerÂking is niet duiÂdeÂlijk geworÂden wat hierÂvoor de reden is. WelÂlicht zijn de 17de eeuwse huisÂresÂten door latere bouwÂacÂtiÂviÂteiÂten geheel verÂdweÂnen. Een andere mogeÂlijkÂheid is dat Blaeu op de hoogte was van de bouwÂplanÂnen voor dit gebied en in zijn kaart de te bouÂwen woninÂgen reeds heeft ingeÂteÂkend, waarna de planÂnen in een later staÂdium zijn komen te vervallen.
Bijzonder lakenlood
Op 29 april 2004 werd bij archeÂoÂloÂgisch onderÂzoek aan de VisÂsersÂdijk een bijÂzonÂdere vondst gedaan. Het was een loden zegel bestaande uit twee ronde plakÂken van lood met een midÂdelÂlijn van 72 mm, met elkaar verÂbonÂden door een smal reepje van hetÂzelfde mateÂriÂaal na te zijn schoonÂgeÂmaakt was het gewicht 162 gram.
Lakenzegel
Op een van de schijÂven is het stadsÂwaÂpen van GorinÂchem te zien met er omheen het randÂschrift : GORÂCÂVMS DVBÂBEL STAEL 1612. TusÂsen het valÂhek en de gekanÂteelde dwarsÂbalÂken van het wapen is een rondje zichtÂbaar. Op de verÂbinÂdingslip staat een handje (AntÂwerÂpen) afgeÂbeeld. De andere schijf was dubÂbel gevouÂwen, maar is inmidÂdels vlak gemaakt. Deze zijde heeft hetÂzelfde randÂschrift : GORÂCÂVMS DVBÂBEL STAEL 1612. BinÂnen het randÂschrift bevinÂden zich twee gaten met daarÂtusÂsen verÂtiÂcaal het woord : DVBÂBEL en daarÂonÂder STAEL. De verÂbinÂdingslip verÂtoont aan deze kant een huismerk.
Staalmeesters
Aan de achÂterÂzijde van de eerstÂgeÂnoemde schijf zitÂten tweeÂmaal twee lipÂjes, die bij het dubÂbelÂvouÂwen van de twee loden schijÂven door de gaatÂjes van de andere schijf valÂlen. Door deze lipÂjes om te vouÂwen, zoals bij een splitÂpen, zijn de twee schijÂven met elkaar verÂbonÂden. We hebÂben hier te maken met een lakenÂzeÂgel, bestemd om door staalÂmeesÂters te bevesÂtiÂgen aan stukÂken stof door de vier lipÂjes door de stof en de gaatÂjes van de andere loden plak heen te drukÂken en om te buigen.
In AmsterÂdam zijn bij opgraÂvinÂgen heel wat lakenÂzeÂgels in diverse uitÂvoeÂrinÂgen aan het licht gekoÂmen. Het colÂlege van de staalÂmeesÂters van die stad geniet bekendÂheid door het schilÂdeÂrij van RemÂbrandt in het RijksÂmuÂseum. Een staalÂmeesÂter was een beëÂdigde funcÂtiÂoÂnaÂris die naging of de door de lakenÂbeÂreiÂders aanÂgeÂboÂden stofÂfen volÂdeÂden aan de gelÂdende norÂmen wat betreft kwaÂliÂteit en kleur. De toetÂsing van de kleur geschiedde aan de hand van een staÂlenÂboek. Als bewijs van goedÂkeuÂring werd de lap voorÂzien van een loden lakenÂzeÂgel. Een lakenÂzeÂgel was dus een soort keurÂmerk voor wat betreft kleur en deugÂdeÂlijkÂheid van de lap. Het doet een beetje denÂken aan het loodje van de vroeÂgere GelÂderse worst, maar daar ging het vooral om de kwaliteit.
Lakenmarkt
Zo zal het in GorinÂchem waarÂschijnÂlijk ook wel zijn toeÂgeÂgaan. Al in een betrekÂkeÂlijk vroeg staÂdium was er sprake van lakenÂnijÂverÂheid. Het was de heer van Arkel in eigen perÂsoon, die een speÂciÂale lakenÂmarkt instelde : die seste jaeÂrÂmerÂckt is geheeÂten een lakenÂmerÂckt, ende is altoes des ManenÂdaechs nae Sinte-MerÂtensÂdach, ende zal dueÂren zes dagÂhen lanck. Die lakenÂmarkt begon dus op de maanÂdag volÂgend op 11 novemÂber en duurde zes dagen lang. Van 1392 is een keur bekend voor de GorinÂchemse wantÂsnijÂders of lakenÂkoÂpers. In dat geschrift staat o.a. voorÂgeÂschreÂven, dat de wantÂsnijÂders elke maanÂdag ‑marktÂdag – bijÂeen moesten komen in het gheÂwanÂthuys om daar hun waren te koop aan te bieÂden. BleÂven ze thuis dan was het niet toeÂgeÂstaan hun stofÂfen daar te verkopen.Uit de aanÂweÂzigÂheid van het weversÂgilde, waarÂvan bekend is dat het al in 1459 bestond, valt ook op te maken dat er in de stad texÂtielÂnijÂverÂheid was, maar GorinÂchem is geen cenÂtrum van lakenÂneÂring geworÂden, zoals LeiÂden en Haarlem.
Jacob Vervooren Jacobz
In 1619 kreeg het stadsÂbeÂstuur een merkÂwaarÂdig verÂzoek van een inwoÂner van de stad. Die inwoÂner was Jacob VerÂvooÂren Jacobsz., die voor een periÂode van elf jaar het alleenÂrecht vroeg voor het bewerÂken, verÂven ende segeÂlen het loot van GorÂchom daerop slaen van stofÂfen, zoals saai, bom, bazijn en katoen. Hier is dus duiÂdeÂlijk sprake van het zegeÂlen van stofÂfen met een loden lakenÂzeÂgel voorÂzien van het steÂdeÂlijk wapen. VolÂgens het verÂzoekÂschrift wilde de aanÂvraÂger werk verÂschafÂfen tot dienÂste van de gemeynte der stadt GorÂchom ende ‘t welÂvaÂren van veel huyssÂgesÂsinÂnen, maar hij wilde er natuurÂlijk zelf ook beter van worÂden. BovenÂdien vroeg hij perÂmisÂsie zijn bewerkte saai en bomÂbaÂzijn te mogen droÂgen bij het kerkÂhof achÂter het stadÂhuis, dus op de Groenmarkt.
Ramen
Het droÂgen gebeurde op houÂten rekÂken, waarop het laken na het volÂlen en verÂven werd gehanÂgen, de zgn. ramen. Voor het plaatÂsen van een raam huurde Joost HerÂbeÂrensz. in 1602 een stukje grond aan de voet van de wal. DaarÂvoor betaalde hij jaarÂlijks een bedrag van f 3 aan de stadstreÂsoÂrier. Door wolÂlen stofÂfen te volÂlen werÂden de vezels tot een dichte, egale massa ineen gewerkt. Dit verÂvilÂtingsÂproÂces geschiedde door het weefÂsel te kneÂden of te treÂden in een kuip met gebruikÂmaÂking van bijÂtende en ontÂvetÂtende stofÂfen. Na de bouw van een volÂmoÂlen in 1641 aan de mond van de Haven, ging dit met behulp van stamÂpers die door windÂkracht in beweÂging werÂden gebracht. Op de bekende 17de-eeuwse platÂteÂgrond van Blaeu is op BasÂtion 2 een raam geteÂkend, een rek voor het droÂgen van stofÂfen. Het is niet zeker of het raam er werÂkeÂlijk heeft gestaan, want het kan een vrijÂheid van de kaartÂteÂkeÂnaar zijn geweest. Als voorÂbeeld diende immers de kaart van WijdtÂmans en op die kaart is op dat basÂtion geen raam te bekennen.
Dordrecht
In 1966 verÂscheen mijn bijÂdrage over de zegels en het wapen van DordÂrecht in de bunÂdel ‘Zegels en wapens van steÂden in Zuid-HolÂland’. Daarin komen als illuÂstraÂtie drie lakenÂzeÂgels van DordÂrecht voor, waarÂvan een ook de woorÂden DVBÂBEL STAEL heeft en het jaarÂtal 1674. De stadsÂreÂkeÂninÂgen van DordÂrecht bevatÂten gereÂgeld posÂten die betrekÂking hebÂben op derÂgeÂlijke zegels. Zo ontÂving in 1682 de stemÂpelÂsnijÂder JacoÂbus van BueÂren over ‘t snijÂden van verÂscheyde groote stemÂpels off zegels, om daeÂrÂmede te drucÂken en slaen de zegels off staeÂlen tot de laeÂcÂkens die yder naer sijn soort alhier door de staelÂmeesÂters aen de lakens gehanÂgen werÂden. Het betrof een bedrag van £ 36. DerÂgeÂlijke uitÂgaÂven voor stemÂpels voor GorinÂchemse lakenÂzeÂgels zijn nog niet aan het licht gekoÂmen. Al eerÂder kwaÂmen in GorinÂchem bij archeÂoÂloÂgiÂsche opgraÂvinÂgen loden lakenÂzeÂgels te voorÂschijn, maar die waren veel kleiÂner van forÂmaat en welÂlicht bestemd voor een minÂdere kwaÂliÂteit dan dubÂbel staal.
(A.J. Busch in Oud-GorÂcum Varia ; jaarÂgang 21 ; numÂmer 58 ; 2004 ; p. 111 – 113. RaadÂpleeg voor de bronÂverÂwijÂzing het oorÂspronÂkeÂlijke artikel)
Foto’s
Publicaties
![]() |
Busch, A.J. (2004) Belangrijke archeologische vondst aan de Vissersdijk, in: Oud Gorcum Varia, tijdschrift van de historische vereniging "Oud-Gorcum" 21 nr. 58, p. 111-113. Flipbook | PDF (10 MB) |
![]() |
Gerritsen, S. (2004) Een inventariserend veldonderzoek aan de Vissersdijk, gemeente Gorinchem, Hollandia reeks 44, Zaandijk. Flipbook | PDF (5,7 MB) |
![]() |
Gerritsen, S. (2005) Gorinchem: Vissersdijk, in: Archeologische Kroniek Zuid-Holland 2004, Regionaal-historisch tijdschrift Holland, p. 91-92. Flipbook | PDF (1 MB) |
![]() |
Nicholson-van der Plaat, C. & M. van Dasselaar (2002) Verkennend archeologisch bodemonderzoek Vissersdijk 76 t/m 90 te Gorinchem, Archeomedia rapport A01-599-Z02, Nieuwerkerk aan den IJssel. Flipbook | PDF (4,66 MB) |
![]() |
Nicholson-van der Plaat, C. & M. de Koning (2002) Gorinchem: Vissersdijk 76-90, in: Archeologische Kroniek Zuid-Holland 2001, Regionaal-historisch tijdschrift Holland 34, p. 79. Flipbook | PDF (1 MB) |
![]() |
Oostveen, J. van (2010) Tabakspijpen van de Vissersdijk (2004) in Gorinchem, Tiel. Flipbook | PDF (4,9 MB) |
Metadata
Administratieve gegevens | |
---|---|
Archisnummer(s): | Zaakidentificatie: 2085989100 Onderzoekmelding: 6270 Waarneming: 50047 |
Topografische Kaart: | 38G |
Coördinaten: | 126.920/427.060 (centrum) |
Toponiem: | Vissersdijk |
Plaats: | Gorinchem |
Gemeente: | Gorinchem |
Provincie: | Zuid-Holland |
Type onderzoek: | IVO-P |
Uitvoerder: | Hollandia Archeologen |
Projectleider: | P.M. Floore |
Opdrachtgever: | Gemeente Gorinchem |
Bevoegd gezag: | Gemeente Gorinchem |
Aanvang onderzoek: | 28 april 2004 |
Vondsten & documentatie: | Gemeentelijk depot voor archeologie Gorinchem |
DANS: | https://doi.org/10.17026/dans-xup-tuk3 |